27 aug. 2021

Strafrechtelijke sancties per artikelen

De sanctie van niveau 3 bestaat uit een strafrechtelijke geldboete van 26 tot 25 .000 euro (zie hieronder in deze kleur).

De sanctie van niveau 4 bestaat uit een strafrechtelijke geldboete van 26 tot 50 .000 euro (zie hieronder in deze kleur).

De sanctie van niveau 5 bestaat uit een strafrechtelijke geldboete van 250 tot 100.000 euro en een gevangenisstraf van één maand tot één jaar of uit één van die straffen alleen (Zie hieronder in deze kleur)

Artikel	Sanctie	Niveau van de sanctie
VII.1
VII.2
VII.3
VII.64	XV.87	niveau 3
VII.65	XV.87	niveau 3
VII.66	XV.87	niveau 3
VII.67	XV.90, 9°	niveau 5
VII.68	XV.90, 13°	niveau 5
VII.69	XV.90, 11°	niveau 5
VII.70	XV.90, 12°	niveau 5
VII.71	XV.90, 12°	niveau 5
VII.72
VII.73
VII.74	XV.90, 12°	niveau 5
VII.75	XV.90, 12°	niveau 5
VII.76
VII.77, § 2	XV.90, 16°	niveau 5
VII.78	XV.90, 15°	niveau 5
VII.79
VII.80
VII.81	XV.90, 15°	niveau 5
VII.82
VII.83
VII.84	XV.90, 4°	niveau 5
VII.85	XV.90, 4°	niveau 5
VII.86	XV.90, 4°	niveau 5
VII.87	XV.90, 4°	niveau 5
VII.88
VII.89
VII.90
VII.91
VII.92
VII.93
VII.94	XV.90, 2°	niveau 5
VII.95, § 1, § 2 § 3	XV.90, 1°	niveau 5
VII.96
VII.97
VII.98
VII.99	XV.90, 14°	niveau 5
VII.100
VII.101
VII.102
VII.103
VII.104
VII.105	XV.90, 4°	niveau 5
VII.106, § 4	XV.90, 14°	niveau 5
VII.107
VII.108	XV.90, 4°	niveau 5
VII.109, § 2	XV.90, 15°	niveau 5
VII.110
VII.111
VII.112, § 1	XV.90, 10°	niveau 5
VII.113,
VII.114, § 1	XV.90, 7°	niveau 5
VII.115	XV.90, 8°	niveau 5
VII.116
VII.117	XV.90, 17°	niveau 5
VII.118	XV.90, 17°	niveau 5
VII.119	XV.90, 17°	niveau 5
VII.120	XV.90, 17°	niveau 5
VII.121	XV.90, 17°	niveau 5
VII.122	XV.90, 17°	niveau 5
VII.123	XV.87	niveau 3
VII.124	XV.87	niveau 3
VII.125	XV.87	niveau 3
VII.126, § 1	XV.90, 11°	niveau 5
VII.126, § 2	XV.90, 15°	niveau 5
VII.127	XV.90, 19°	niveau 5
VII.128	XV.90, 19°	niveau 5
VII.129	XV.90, 19°	niveau 5
VII.130	XV.90, 19°	niveau 5
VII.131
VII.132
VII.133, § 2	XV.90, 16°	niveau 5
VII.134	XV.90, 15°	niveau 5
VII.135
VII.136
VII.137	XV.90, 18°	niveau 5
VII.138	XV.90, 18°	niveau 5
VII.139	XV.90, 4°	niveau 5
VII.140	XV.90, 4°	niveau 5
VII.141
VII.142
VII.143	XV.90, 18°	niveau 5
VII.144	XV.90, 4°	niveau 5
VII.145
VII.146	XV.90, 18°	niveau 5
VII.147	XV.90, 18°	niveau 5
VII.147/1
VII.147/2
VII.147/3
VII.147/4
VII.147/5
VII.147/6
VII.147/7
VII.147/8
VII.147/9	XV.90, 2°	niveau 5
VII.147/10, § 1, § 2, § 3	XV.90, 1°	niveau 5
VII.147/11
VII.147/12
VII.147/13
VII.147/14	XV.90, 14°	niveau 5
VII.147/15
VII.147/16
VII.147/17
VII.147/18
VII.147/19
VII.147/20	XV.90, 4°	niveau 5
VII.147/21
VII.147/22, § 4	XV.90, 14°	niveau 5
VII.147/23
VII.147/24
VII.147/25	XV.90, 4°	niveau 5
VII.147/26, § 1	XV.90, 18°	niveau 5
VII.147/27
VII.147/28
VII.147/29, § 4, lid 1	XV.90, 10°	niveau 5
VII.147/30
VII.147/31	XV.90, 8°	niveau 5
VII.147/32
VII.147/33	XV.90, 17°	niveau 5
VII.147/34	XV.90, 17°	niveau 5
VII.147/35	XV.90, 17°	niveau 5
VII.147/36	XV.90, 17°	niveau 5
VII.147/37	XV.90, 17°	niveau 5
VII.147/38
VII.148
VII.149, § 1 et § 2	XV.88, 1° et 2°	niveau 4
VII,150
VII.150
VII.151
VII.152
VII.153	XV.88, 3° et 4°	niveau 4

Art. XV.90.

Met een sanctie van niveau 5 worden gestraft, zij die :

als kredietgever de bepalingen van artikel VII.95, §§ 1, 2 of 3 of artikel VII.147/10, §§ 1, 2 of 3 overtreden;
aanbiedingen, kredietaanvragen of kredietovereenkomsten bedoeld in boek VII in blanco doet ondertekenen of antidateren;
een jaarlijks kostenpercentage of een debetrentevoet hanteren die de maxima, bedoeld in de artikelen VII.94 en VII.147/9]2 en vastgesteld door de Koning, overschrijden;
gebruik maken van een van de in de artikelen VII.84 tot VII.88, VII.105, VII.139, VII.140, VII.144 en VII.147/20 bedoelde onrechtmatige bedingen of een inbreuk maakt op de artikelen VII.108 of VII.147/25;
in het raam van een kredietovereenkomst een wissel of een orderbriefje ter betaling of als zekerheid van de overeenkomst doen ondertekenen of een cheque in ontvangst nemen tot zekerheid van de volledige of gedeeltelijke terugbetaling van het verschuldigde;
door de consument of elke andere persoon een overdracht bedoeld in de artikelen VII.89, § 1 en 147/2, § 1 en in de artikelen 27 tot en met 35 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers doen ondertekenen, waarvan de modaliteiten de bepalingen bedoeld in deze artikelen niet eerbiedigen;
enige betaling of vergoeding eisen buiten de gevallen bepaald bij boek VII;
in zoverre zulks door de artikelen VII.115 en 147/31 verboden is, als schuldbemiddelaar optreden;
de bepalingen van de artikelen VII. 67 betreffende het leuren overtreden;
de bepalingen van artikel van de artikelen VII.112, § 1 en VII.147/29, § 4, eerste lid, betreffende de kredietbemiddeling overtreden;
in strijd met de bepalingen van de artikelen VII.69 en VII.126, § 1 in het raam van een kredietovereenkomst als kredietgever of kredietbemiddelaar wetens en willens aan de consument of de zekerheidssteller ongeoorloofde, onjuiste of onvolledige informatie vragen;
als kredietgever of kredietbemiddelaar aan de consument niet de SECCI bedoeld in de artikelen VII. 70 en VII. 71, verstrekken of die in strijd met de artikelen VII. 74 en VII. 75, wetens en willens niet de meest aangepaste informatie verstrekt of niet het best aangepaste krediet zoekt;
de bepalingen van artikel VII. 68 betreffende de promotieaanbiedingen overtreden;
de verplichting tot het ter beschikking stellen van de documenten bedoeld bij de artikelen VII.99, VII.106, § 4, VII.147/14 en VII.147/22, § 4 niet nakomen;
als kredietgever de bepalingen van de artikelen VII.78, VII.81, VII.109, § 2, VII.126, § 2 en VII.134 overtreden;
in strijd met de bepalingen van de artikelen VII.77, § 2 en VII.133, § 2, als kredietgever wetens en willens een kredietovereenkomst sluiten waarvan men redelijkerwijze moet aannemen dat de consument niet in staat zal zijn de verplichtingen voortvloeiend uit de overeenkomst na te leven;
VII.117 tot VII.122 en VII.147/33 tot VII.147/38 overtreden;
de artikelen VII.137, VII.138, VII.143, VII.146, VII.147 en VII.147/26, § 1 overtreden;
als kredietgever of kredietbemiddelaar aan de consument niet het ESIS bedoeld in artikel VII.127 verstrekken of die in strijd met de artikelen VII.129 en VII.130, wetens en willens niet de meest aangepaste informatie verstrekt of niet het best aangepaste krediet zoekt;
1. wetens en willens een cheque of enig ander door dit Wetboek met de cheque gelijkgesteld waardepapier uitgeven zonder voorafgaand, toereikend en beschikbaar fonds; of
2. dergelijk waardepapier overdragen, wetende dat het fonds niet toereikend en beschikbaar is; of
3. als trekker wetens en willens het fonds van dergelijk waardepapier geheel of ten dele terugnemen tijdens de aanbiedingstermijn; of
4. als trekker, met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, een dergelijk waardepapier herroepen of het fonds ervan geheel of ten dele onbeschikbaar maakt, of na het verstrijken van de aanbiedingstermijn het fonds geheel of ten dele terugnemen.

Artikel XV.87 :

Art. XV.88

Art. XV.90.