VII.147/7: Krediet op afstand (financiering van een goed) (HK)

VII.93 en VII.147/7: Krediet op afstand (financiering van een goed)

 

 

Artikel VII.93

 

Artikel VII.93

Wanneer de kredietovereenkomst op afstand het gefinancierde goed, verkocht op afstand, vermeldt of wanneer het kredietbedrag of het opgenomen bedrag rechtstreeks door de kredietgever aan de verkoper op afstand wordt gestort, kan de levering van het goed, in afwijking van de artikelen VII. 90 en VII. 84, eerste lid, plaats vinden voor het sluiten van de kredietovereenkomst in zoverre deze laatste te gelegener tijd voor de levering, beschikt over de contractvoorwaarden en de informatie bedoeld in artikel VI. 57, § 1.

Artikel VII.147/7

 

Artikel VII.147/7

Wanneer de kredietovereenkomst op afstand het gefinancierde goed, verkocht op afstand, vermeldt of wanneer het kredietbedrag of het opgenomen bedrag rechtstreeks door de kredietgever aan de verkoper op afstand wordt gestort, kan de levering van het goed, in afwijking van de artikelen VII.139, eerste lid, en VII.147/3, plaats vinden voor het sluiten van de kredietovereenkomst in zoverre de consument te gelegener tijd voor de levering, beschikt over de contractvoorwaarden en de informatie bedoeld in artikel VI. 57, § 1.

Toepassingsgebied

Het gaat om consumentenkredieten op afstand of hypothecaire kredieten met roerende bestemming op afstand, bedoeld voor de aankoop van goederen die ofwel uitdrukkelijk in de kredietovereenkomst worden vermeld ofwel waarvan het kredietbedrag rechtstreeks door de kredietgever aan de verkoper wordt gestort. Deze bepaling beoogt dus niet de levering van diensten die op afstand worden verkocht en die onderworpen blijven aan de algemene regels, die worden geregeld in de artikelen VII.90 (of VII.147/3) en VII.84 (of VII.139) (Memorie van toelichting, Parl. St., Kamer, (50), 1730/001, p. 23).

Sommige kredietovereenkomsten die gedeeltelijk geregeld worden (geoorloofde debetstanden die terugbetaalbaar zijn op verzoek van de kredietgever en kredietovereenkomsten met een consument in moeilijkheden) worden eveneens beoogd door deze bepaling.

Ontstaan van de tekst

Dit artikel werd ingevoerd door de wet van 24 maart 2003 en omvatte drie leden. De memorie van toelichting stelde: Er werd vastgesteld dat sommige wetsbepalingen toepassingsmoeilijkheden opleverden voor de kredietovereenkomsten gesloten op afstand, onder meer ten aanzien van de bedenktermijnen, de cumulatieve toepassing met de wetgeving inzake handelspraktijken, het tijdstip waarop het voorschot moet worden betaald, de levering voorafgaand aan het sluiten van de kredietovereenkomst in strijd met de artikelen 16 en 20, enz. De wetgeving dient derhalve te worden aangepast door het scheppen van een aantal nieuwe artikelen om sommige leemten op te vullen en een aantal moeilijkheden te verhelpen ondervonden door de sector van de verkoop op afstand (Memorie van toelichting, Parl. St., Kamer, (50), 1730/001, p.23).

De bepaling voorzag dus drie leden en stelde in het bijzonder dat de kredietovereenkomst niet volledig was tot de afloop van de herroepingstermijn die werd voorzien voor de verkoopovereenkomst. Artikel 20bis werd gewijzigd door de wet van 13 juni 2010 die richtlijn 2008/48/EG omzette. De twee laatste leden van de bepaling werden opgeheven. De memorie van toelichting stelt in dit raam: De wijzigingen aangebracht aan artikel 20bis WCK spruiten voort uit de afschaffing van het voorschot bij de verkoop op afbetaling en zijn derhalve van louter legistieke aard (Memorie van toelichting, Parl. St., Kamer, 2468/001, p. 44).

Men dient echter vast te stellen dat deze afschaffing twee herroepingstermijnen naast elkaar laat bestaan: een voor de verkoop (14 dagen vanaf de dag na de leveringsdatum – artikel VI.46, WER) en een andere voor de consumentenkredietovereenkomst die op afstand werd afgesloten (14 dagen vanaf de dag van het sluiten van de kredietovereenkomst volgen de bepalingen van het boek VII (artikel VII.83 [CK] of VII.138 [HKRB zonder hypotheek]) en volgens de bepalingen van boek VI voor de overeenkomsten op afstand met betrekking tot financiële diensten - VI.58).

Draagwijdte van de tekst

Artikelen VII.93 en VII.147/7 strekken ertoe om de verkoop en levering op afstand mogelijk te maken, hoewel de kredietovereenkomst nog niet is ondertekend. De levering van het goed kan plaatsvinden voor het sluiten van de kredietovereenkomst, voor zover de consument voor de levering en ten gepaste tijde beschikt over de contractuele voorwaarden en inlichtingen zoals bedoeld in artikel VI.57, §1, WER.

Het gaat erom een verzwaring van de formaliteiten, die aan de verkoper op afstand worden en die het quasi onmogelijk zouden maken een verkoop tot stand te brengen, te vermijden. De levering is dus mogelijk, zelfs als de overeenkomst nog niet werd ondertekend (Memorie van toelichting van de wet van 24 maart 2003, Parl. St., Kamer (50), 1730/001, p. 23).

Artikel VI.57, § 1, WER, dient echter wel in samenhang te worden gelezen met de bepalingen van boek VII die de verplicht door de kredietgever te verstrekken inlichtingen voor het sluiten van de kredietovereenkomst regelen. De door de kredietgever te verstrekken inlichtingen dienen te voldoen aan deze twee wetten.

Uitoefening van het herroepingsrecht aan de verkoop

Het herroepingsrecht aan de verkoop moet worden uitgeoefend overeenkomstig de modaliteiten voorzien in artikel VI.47 en volgende van boek VI, WER. De termijn van 14 werkdagen begint te lopen de dag na de levering van het goed aan de consument, wanneer is voldaan aan de informatieplicht bedoeld in artikel VI.45, § 1, 8). Indien dat niet het geval is, wordt de termijn verlengd tot twaalf maanden (telkens te rekenen vanaf de dag na de levering). Indien binnen de termijn van twaalf maanden de informatie wordt meegedeeld, wordt de termijn ingekort tot veertien dagen te rekenen vanaf de dag na de daadwerkelijke mededeling van de informatie.

Gevolgen van het uitoefenen van het recht

De verkoper is gehouden tot de kosteloze terugbetaling van de door de consument overgemaakte bedragen. Deze terugbetaling moet plaatsvinden ten laatste veertien dagen na de verzaking (VI.50). De eventuele rechtstreekse terugzendingskosten mogen aan de consument worden aangerekend, behalve indien de terugzending is gerechtvaardigd door niet-conformiteit van het product.

Het verzakingrecht bij kredietovereenkomsten op afstand

De artikelen VI.54 tot VI.61, WER, verstrekken een wettelijk kader voor de overeenkomsten op afstand met betrekking tot financiële diensten. Artikel VI.58 laat de consument toe om binnen 14 kalenderdagen, zonder schadebeding noch motivering, af te zien van een kredietovereenkomst op afstand.

Volgens artikel VI.58, § 2, 3° is het herroepingsrecht niet van toepassing opde hypothecaire kredietovereenkomsten onderworpen aan boek VII, titel 4, hoofdstuk 2. Artikel VII.138 bepaalt dit evenwel voor de hypothecaire kredieten met een roerende bestemming zonder inschrijving van een hypotheek.

Voor de consumentenkredietovereenkomst die op afstand werd gesloten, begint de herroepingstermijn te lopen vanaf de dag van het sluiten van de overeenkomst (artikel VI.58, WER). Volgens artikel VII.78 (en VII.134) vindt de sluiting van de overeenkomst plaats op het ogenblik dat de handtekening van alle partijen werd gezet.

Artikel VI.58, § 1, voorziet eveneens dat de termijn kan beginnen te lopen vanaf het ogenblik dat de consument de contractuele voorwaarden en de voorafgaande door artikel VII.57, § 1, of § 2, vereiste inlichtingen ontvangt als dit moment later plaatsvindt dat de datum van het sluiten van de overeenkomst. In de mate echter dat artikel VII.78 (en VII.134) het ontstaan van de verplichtingen afhankelijk maakt van het sluiten van een geschreven overeenkomst waarvan de vermeldingen in praktijk alle voorafgaande informatie elementen hernemen, dient deze stelling voor consumentenkredietovereenkomsten als theoretisch beschouwd te worden.

Schorsing van de overeenkomst tijdens de bedenktermijn

Artikel VI.59, § 1, WER, stelt dat de uitvoering van de overeenkomst, zonder het voorafgaand akkoord van de consument, geen aanvang kan nemen voor het verstrijken van de bedenktermijn. Het is aan de kredietgever om aan te tonen dat de consument de uitvoering van de overeenkomst heeft gevraagd. Wanneer het bewijs niet kan worden aangetoond, kan de kredietgever de betaling van de financiële dienst die hij sedert het sluiten van de overeenkomst heeft verstrekt tot aan de kennisgeving van de uitoefening van het herroepingsrecht niet vragen.

Uitoefeningswijze van het recht

Volgens VI.58, § 1er, in fine, De kennisgeving wordt als tijdig aangemerkt indien zij schriftelijk of op een voor de ontvanger beschikbare en toegankelijke duurzame gegevensdrager is verzonden vóór het verstrijken van de termijn. Men leidt hieruit af dat de consument kan aantonen dat hij zijn wil om af te zien van de overeenkomst heeft geuit en binnen deze termijn de kredietgever hiervan ter kennis heeft gesteld (zelfs als de kredietgever er pas kennis van kon hebben, na verloop van deze termijn).

Teruggave voor de kredietovereenkomst waarvan de uitvoering is begonnen

Artikel VI.59, § 1, lid 2, WER :Oefent de consument het in artikel VI.58, § 1, bedoelde herroepingsrecht uit, dan is hij enkel gehouden tot de onverwijlde betaling van de door de aanbieder krachtens de overeenkomst op afstand effectief verleende financiële dienst.
Het te betalen bedrag mag :
- niet hoger zijn dan een bedrag evenredig aan de verhouding tussen de reeds geleverde dienst en het geheel van de prestaties waarin de overeenkomst op afstand voorziet;
- in geen geval zo hoog zijn dat het als een boete kan worden opgevat.

Maar, De aanbieder kan van de consument slechts betaling op grond van paragraaf 1 eisen indien hij kan aantonen dat de consument overeenkomstig artikel VI.55, § 1, 3°, a, naar behoren geïnformeerd was over het te betalen bedrag. Hij mag deze betaling in geen geval eisen wanneer hij, zonder dat de consument daarom vooraf heeft verzocht, vóór het verstrijken van de in artikel VI.58, § 1, bedoelde herroepingstermijn, met de uitvoering van de overeenkomst begonnen is (VI.59, § 2).

Voor het overige is de aanbieder ertoe gehouden de consument zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen dertig kalenderdagen alle bedragen terug te betalen die hij krachtens de overeenkomst op afstand van hem ontvangen heeft, met uitzondering van de sommen die de effectief verleende financiële dienst dekken en die beoogd worden in artikel VI.59, § 1, bedoelde bedrag. Deze termijn gaat in op de dag waarop de aanbieder de kennisgeving van de herroeping ontvangt

De consument geeft de aanbieder, op zijn beurt, onverwijld, en uiterlijk binnen dertig kalenderdagen, alle bedragen en/of zaken terug die hij van de aanbieder heeft ontvangen. Deze termijn gaat in op de dag waarop de consument de kennisgeving van zijn herroeping verzendt.

Back to top