Abstract : L. KINNAERT, DE DUBBELE KEUZEVRIJHEID INZAKE SCHULDSALDOVERZEKERINGEN

Nochtans werd door bet Bestuur Economische Inspectie in tal van onderzoeken vastgesteld dat de wet op dit punt onvoldoende gerespecteerd wordt. Uit divers bewijsmateriaal, onder meer het verhoren van consumenten als getuige, blijkt dat een of meer van volgende elementen in een individueel dossier er op wijzen da een schuldsaldoverzekering als verplicht of’’vanzelfsprekend’’ werd voorgesteld:

  1. De premie wordt afgehouden van het kredietbedrag. Het zonder meer inhouden van de premie wijst erop dat de consument niet vrij was de verzekering te onderschrijven. Indien hij via een meer normale werkwijze, bijvoorbeeld een overschrijving, de premie betaalt, zou de consument immers de verleiding kunnen komen zich te bedenken, en géén verzekering aan te gaan…

    Zo werd in de sector van de kredietmakelaars vastgesteld dat de kredieten werden uitbetaald met twee cheques: een voor het saldo van het kredietbedrag, een andere voor de verzekeringspremie. Deze laatste cheque kregen de consumenten nooit in handen. Maar werd door de makelaars gebruikt om onmiddellijk de premie te betalen. Omwille van de terzake vastgestelde misbruiken werd in onderling akkoord tussen de Unie der Kredietmakelaars en de Beroepsvereniging van bd Krediet het systeem “dubbele cheque” trouwens afgeschaft sedert 1 maart 2000.

  2. Het kredietbedrag wordt verhoogd met ongeveer het bedrag van de premie. Om de –soms zeer dure- schuldsaldoverzekering te financieren, wordt het door de consument gevraagde bedrag verhoogd met ongeveer de kostprijs van de verzekering. Uit de onderzoeken door het BEI blijkt dat bijna alle consumenten de neiging hebben om afgeronde kredietbedragen te vragen, bijvoorbeeld 100.000, 350.000 of 500.000 F. Bij verplichte of “vanzelfsprekende” verzekering wordt dit bedrag verhoogd met de premie, zodat het kredietbedrag bijvoorbeeld 105.000, 365.000 of 525.000 F bedraagt.

  3. Oververzekering. Bij herfinanciering of “saldering”, dit is de vervroegde terugbetaling van een vorige lening met een nieuw en hoger kredietbedrag, wordt de consument opnieuw en volledige verzekering verkocht. Er wordt geen rekening gehouden met het feit dat de vorige verzekering nog geldig was. Los van het feit dat dergelijke werkwijze en inbreuk is op de informatie- en raadgevingsverplichting, blijkt dat in zulke gevallen de consument vaak verplicht wordt opnieuw een verzekering aan te gaan.

  4. De consument heeft een verklaring ondertekend dat hij vrijwillig en na beraad de verzekering heeft onderschreven. Het gaat bijvoorbeeld om een verklaring van deze teneur: “Ik verklaar uitdrukkelijk dat ik niet verplicht werd een schuldsaldoverzekering af te sluiten bij de kredietgever, de kredietmakelaar of een door hen aangewezen derde. Ik heb vrijwillig deze verzekering genomen en onderschreven nadat ik een redelijke en vrije keuze heb gemaakt uit de verschillende mogelijkheden welke mij werden voorgelegd. “

    Uit de onderzoeken blijkt een serieuze correlatie tussen het laten ondertekenen van dergelijke verklaringen en het niet respecteren van de keuzevrijheid van de ondertekenaar. De verklaring kan boven beschouwd worden als een onrechtmatig beding in de zin van artikel 4 van de wet consumentenkrediet.
Back to top