Koppelverkoop - Gebundelde verkoop

Definitie

Artikel I.9, 88° - Koppelverkoop

Het aanbieden of verkopen van een kredietovereenkomst als onderdeel van een pakket met andere onderscheiden financiële producten of diensten waarbij de kredietovereenkomst niet afzonderlijk wordt aangeboden aan de consument.

Artikel I.9, 89° - Gebundelde verkoop

Het aanbieden of verkopen van een kredietovereenkomst als onderdeel van een pakket met andere onderscheiden financiële producten of diensten waarbij de kredietovereenkomst ook afzonderlijk aan de consument beschikbaar wordt gesteld, maar waarbij niet noodzakelijkerwijs dezelfde voorwaarden gelden als wanneer deze in combinatie met de nevendiensten wordt aangeboden.

Commentaar

Ratio legis en commentaar

Deze definities werden in het WER geïntroduceerd door de wet van 22 april 2016 die de richtlijn inzake het hypothecair krediet omzet. Het verbod op koppelverkoop wordt uitgelegd onder considerans (24) van richtlijn 2014/17/EU: Gezien de bijzondere kenmerken van kredietovereenkomsten met betrekking tot voor bewoning bestemde onroerende goederen is het voor kredietgevers gebruikelijk om consumenten een reeks producten of diensten aan te bieden die samen met de kredietovereenkomst kunnen worden gekocht. Gelet op het belang van dergelijke overeenkomsten voor de consument is het derhalve passend specifieke voorschriften over praktijken aangaande koppelverkoop vast te stellen. Het combineren van een kredietovereenkomst met een of meer andere financiële diensten of producten in pakketten is voor kredietgevers een manier om hun aanbod te diversifiëren en met elkaar te concurreren, mits de onderdelen van het pakket ook apart kunnen worden gekocht. Hoewel een combinatie van kredietovereenkomsten met een of meer andere financiële diensten of producten in pakketten voordelig kan zijn voor de consument, kan het de beweegruimte van de consument en zijn vermogen om geïnformeerde keuzen te maken in het gedrang brengen, tenzij de onderdelen van het pakket apart kunnen worden gekocht. Het is belangrijk om praktijken zoals de koppelverkoop van bepaalde producten die de consumenten aanzetten kredietovereenkomsten te sluiten die niet in hun belang zijn, te voorkomen zonder evenwel gebundelde verkoop van producten die gunstig kan zijn voor de consument aan banden te leggen. De lidstaten dienen evenwel nauwlettend te blijven toezien op de detailhandelsmarkt voor financiële diensten, teneinde te waarborgen dat praktijken aangaande gebundelde verkoop de keuze van de consument niet inperken en de concurrentie op de markt niet verstoren.

De karakteristiek van de koppelverkoop ligt er dus in dat het type van kredietovereenkomst dat wordt voorgesteld niet exclusief kan worden bekomen dan met andere financiële producten die door de kredietgever worden opgelegd. Deze uitzondering ligt zeker op het type van de kredietovereenkomst. Als de kredietovereenkomst op afzonderlijke wijze kan bekomen worden maar aan andere voorwaarden (minder voordelige voorwaarden) wanneer de andere financiële producten niet door de consument worden aangeworven, gaat het niet om een koppelverkoop maar een gebundelde verkoop.

De koppelverkoop is verboden voor hypothecaire kredietovereenkomsten en de gebundelde verkoop wordt toegelaten onder welbepaalde voorwaarden (VII.147). het consumentenkrediet bevat geen specifieke regels voor de koppelverkoop of de gebundelde verkoop.

Gezamenlijk aanbod

Het past ook rekening te houden met de bepalingen in Boek VI in het kader van het gezamenlijk aanbod. Het gezamenlijk aanbod wordt gedefinieerd in art. I.8, 21°, WER als het aanbod waarbij de al dan niet kosteloze verkrijging van goederen of diensten gebonden is aan de verkrijging van andere goederen of diensten. Het gezamenlijk aanbod van financiële diensten is verboden (VI.81) behoudens de uitzonderingen die worden verduidelijkt door deze bepaling. De financiële diensten worden gedefinieerd onder art. I.8,18°. Het krediet is een financiële dienst. De uitzondering die hier het best gekend is betreft het gezamenlijk aanbod van financiële diensten die een geheel vormen. (VI.81, § 2, 1°).

Het consumentenkrediet biedt enkele voorbeelden aan van gezamenlijke aanbiedingen die uitdrukkelijk door de wet worden toegelaten of die zij, impliciet, als betrekking hebbend op de financiële diensten:

  • de verkoop op afbetaling
  • Het gezamenlijk aanbod van de opening van een krediet met opening van een zichtrekening
  • Het gezamenlijk aanbod van een krediet op afbetaling of een verkoop op afbetaling voor de financiering van een goed met verzekering voor materiële schade in geval van een ongeval. De gewoonlijke vereiste die de kredietgevers opleggen in het kader van een schuld saldo of vergoeding voor materiële schade werd in het advies van de raad van state aan het licht gebracht in het wetsontwerp van 12 juni 1991.Bovendien is het niet duidelijk of bij het concipiëren van deze regeling op voldoende wijze rekening gehouden werd met de gebruikelijke vereiste om bij de ondertekening van een kredietovereenkomst, een schadeverzekering of een kredietsaldoverzekering aan te gaan.Parl. St., Senaat, 1989-1990, 916-1, blz. 191).

Het gebundelde aanbod van een krediet en een schuld saldo verzekeringsovereenkomst zou kunnen beschouwd worden als een gezamenlijk aanbod dat wel wordt toegelaten omdat zij financiële diensten betreft die een geheel vormen (Lettany, Het consumentenkrediet, n°238, 211. M. Van Den Abbeele et Ch.Demoulin, "Quelques considération au sujet de l'offre conjointe et du crédit hypothécaire", noot onder Brussel 20 oktober 1993, Jaarboek Kredietrecht 1996, 21). Dit aanbod is dus geldig in het licht van Boek VI. Uit haar eigen definitie, impliceert het gezamenlijk aanbod dat de consument verplicht wordt om in te tekenen op verschillende elementen van het aanbod. Hoewel het lijkt toegelaten een geheel te vormen, is een dergelijk aanbod niettemin verboden als de professioneel de co-contractant van de consument aan hem oplegt (VII.87 -VII.147, § 1).

Back to top